De beleidsindicatoren zijn indicatoren waar vanuit beleid op wordt gestuurd. Dit zijn deels indicatoren die wettelijk verplicht zijn in het kader van de BVV, maar ook indicatoren specifiek voor Amersfoort. Bij de indicatoren is een toelichting opgenomen en waar wenselijk zijn streefcijfers toegevoegd.
1.1 Stedelijk beheer en milieu
% scheiding huishoudelijk afval | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
53 | 53 | 54 | 57 | 61 | 61 | ||||
Bron: | Grondstoffenmonitor | ||||||||
Toelichting: | Het afvalscheidingspercentage is de hoeveelheid afval die inwoners apart scheiden. Hoe hoger dit getal, hoe beter er gescheiden wordt. Het gaat met name om de volgende stromen: grofvuil, gft, grof tuinafval, papier, glas, textiel, kunststof (pmd), klein chemisch afval. Wat er over blijft is restafval. Het streefcijfer is gebaseerd op het omgekeerd inzamelen en bewustwordingscampagnes. | ||||||||
Energiegebruik wonen. werken en verkeer | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
7509 | 7520 | 7534 | 7349 | 7064 | 6970 | 6875 | |||
Bron: | Rijkswaterstaat | ||||||||
Toelichting: | De eenheid van deze indicator is terrajoules (TJ). Doel voor 2050 is een energiegebruik van 4.409 TJ. Dit is een besparing van 44% en het minimale scenario van de vernieuwde energiemix, die in 2022 is opgesteld. Omdat de cijfers voor verkeer flink achterlopen, zijn er (nog) geen cijfers voor de jaren 2019 en 2020. In de vorige begroting (begroting 2022) is de eerdere indicator 'energiegebruik wonen en werken' veranderd in de huidige indicator. We hebben dit gedaan zodat de begrotingsindicatoren zoveel mogelijk overeenkomen met de scenario's van de energiemix. De realisatiecijfers wijken wel iets af van de vorige begroting. Dit komt omdat Rijkswaterstaat voor sommige cijfers bijschattingen gebruikt op basis van historische trends. Elk jaar komen nieuwe gegevens beschikbaar, waardoor de historische trends en dus ook de bijschattingen veranderen. De streefcijfers wijken ook af van de vorige begroting, vanwege de vernieuwde energiemix. Voor meer informatie en de cijfers voor het energieverbruik van wonen, werken en verkeer apart, zie het dashboard duurzaamheid op www.amersfoortincijfers.nl. | ||||||||
Gasverbruik wonen, werken en verkeer | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
3622 | 3664 | 3607 | 3534 | 3238 | 3122 | 3006 | |||
Bron: | Klimaatmonitor Rijkswaterstaat | ||||||||
Toelichting: | De eenheid van deze indicator is terrajoules (TJ). Doel voor 2050 is helemaal geen gasgebruik voor wonen, werken en verkeer. Dit is een besparing van 100% en geldt voor zowel het minimale als maximale scenario van de vernieuwde energiemix, die in 2022 is opgesteld. In de vorige begroting (begroting 2022) is deze indicator verwijderd, omdat we er toen nog geen doellijnen op hadden en dus ook geen streefcijfers voor hadden. Deze doellijnen we nu wel kunnen berekenen, op basis van de nieuwe energiemix. Daarom voegen we deze indicator weer toe en hebben we hem omgezet naar TJ in plaats van m3. Om die reden (meer stroomlijnen met de doellijnen in de energiemix) zijn ook de indicatoren 'opgewekte duurzame energie' en 'CO2-uitstoot wonen en werken' vervangen of verwijderd. Voor meer informatie, zie het dashboard duurzaamheid op www.amersfoortincijfers.nl. | ||||||||
Hernieuwbare elektriciteit (%) | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
3,9 | 4,3 | 5,1 | 8,2 | 10,8 | |||||
Bron: | Klimaatmonitor Rijkswaterstaat | ||||||||
Toelichting: | Deel van de elektriciteit die afkomstig is uit natuurlijke hulpbronnen die constant worden aangevuld, zoals uit wind, zon, waterkracht en biomassa. De indicator dient verplicht te worden opgenomen vanuit het rijk (Besluit Begroting en Verantwoording) en is te vinden op www.waarstaatjegemeente.nl. De vraag aan elektriciteit wordt in 2030 geschat op 3.024 TJ. In 2030 wil de gemeente Amersfoort 1.030 TJ hiervan uit hernieuwbare elektriciteit hebben opgewekt. Het streefcijfer voor 2030 is daarom 34%. Het streefcijfer voor 2025 is op de helft hiervan ingezet: 17%. | ||||||||
Opgewekte zonne-energie | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
33 | 43 | 72 | 103 | 159 | 213 | 240 | 267 | ||
Bron: | Rijkswaterstaat | ||||||||
Toelichting: | De eenheid van deze indicator is terrajoules (TJ). Doel voor 2050 is 971 TJ opwek. Dit is een besparing van 44% en het minimale scenario van de vernieuwde energiemix, die in 2022 is opgesteld. In het maximale scenario wordt in 2050 1942 TJ zonne-energie opgewekt. De streefcijfers wijken af van de vorige begroting (begroting 2022), vanwege de vernieuwde energiemix. Zonne-energie komt vooralsnog uitsluitend van zonnepanelen op daken. In het najaar van 2021 is de gemeente Amersfoort gestart met opwek via een zonneveld en begin 2022 is daar nog een tweede zonneveld bijgekomen. In de benchmark met een selectie van vergelijkbare steden uit de G40 (Zwolle, Almere, Breda, Haarlem en Leiden), wekken alleen Zwolle en Almere meer zonne-energie op dan Amersfoort. In de vorige begroting (begroting 2022) is de eerdere indicator 'opgewekte duurzame energie' veranderd in de huidige indicator. We hebben dit gedaan zodat de begrotingsindicatoren zoveel mogelijk overeenkomen met de scenario's van de energiemix. Om die reden zijn ook de indicatoren 'energiegebruik wonen en werken' en 'CO2-uitstoot wonen en werken' vervangen of verwijderd. Voor meer informatie, zie het dashboard duurzaamheid op www.amersfoortincijfers.nl. |
1.3 Wonen
Jaren wachttijd als woningzoekende | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
6,3 | 7,6 | 7,6 | 8,2 | 8 | 7,2 | 8 | 8 | ||
Bron: | Woningnet; bewerking O&S | ||||||||
Toelichting: | De wachttijd is het aantal jaren dat een woningzoekende gemiddeld stond ingeschreven bij Woningnet bij acceptatie van een woning. Het grootste deel van de sociale huurwoningen (80%) wordt toegewezen op basis van wachttijd, de overige 20% wordt toegewezen via loting. De aangeboden woning gaat naar de woningzoekende die het langst staat ingeschreven. De gemiddelde wachttijd die nodig is om voor een woning in aanmerking te komen, zegt daarmee iets over de krapte op de sociale huurwoningmarkt. In 2020 was de administratieve wachttijd 9,3 jaar. Dit is de wachttijd die gebruikt wordt om de rangorde van de kandidaten te bepalen. Lokale woningzoekenden krijgen om hun kansen te vergroten een wachttijdbonus ten opzichte van woningzoekenden uit andere gemeenten. De wachttijd van 8,0 jaar in 2020 is de zuivere inschrijftijd (zonder wachttijdbonus), dus het daadwerkelijke verschil tussen het moment van inschrijven en de datum van het huurcontract. | ||||||||
Kernvoorraad | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
18125 | 17670 | 17678 | 18214 | 18228 | 18510 | 18800 | 19080 | ||
Bron: | BAG/WOZ/Corporaties; bewerking O&S | ||||||||
Toelichting: | De omvang van de kernvoorraad betreft de stand van zaken op 1 januari van elk jaar. De kernvoorraad bestaat uit de goedkopere huurwoningen die eigendom zijn van een sociale verhuurder. De maximale huur voor de kernvoorraad is gelijk aan de huurtoeslaggrens: € 763,47 (2022). Op 1 januari 2022 was de omvang van de kernvoorraad 18.840 en de groei ten opzichte van 2021 330 woningen. Voor de jaren 2023 en 2024 gaan we uit van 35% van de geprognosticeerde groei van 800 woningen. (zie indicator uitbreiding woningvoorraad). In het Deltaplan Wonen en de Prestatieafspraken wordt waar het de voorraadontwikkeling bij corporaties betreft, uitgegaan van woningen waar er sprake is van een sociaal huurcontract. Woningen die verhuurd worden met een sociaal huurcontract hebben bij elke nieuwe huurder een aanvangshuurprijs onder de huurtoeslaggrens. We verwachten jaarlijks 35% van de toename van de woningvoorraad aan de kernvoorraad toe te voegen. | ||||||||
uitbreiding woningvoorraad | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
725 | 495 | 648 | 537 | 1087 | 1153 | 800 | 800 | ||
Bron: | BAG | ||||||||
Toelichting: | Zoals ook opgenomen in de voortgangsrapportage Woningbouw zijn er in 2021 meer dan 1.300 woningen toegevoegd. Concreet gaat het om 1042 nieuwbouwwoningen en 273 woningen die getransformeerd zijn. De bovenstaande indicator brengt de netto ontwikkeling van de voorraad. De toevoeging van woningen worden daarbij dus nog gecorrigeerd wat betreft sloop, overige onttrekkingen en administratieve correcties in de BAG in totaal - 162 woningen. Met de woningrealisatiecijfers tot september 2022 en de plannen die lopen denken we in 2022 niet ’de 1000 woningen toe te voegen. Omdat er gemiddeld 100 woningen per jaar gesloopt worden is de uitbreiding van de woningvoorraad in 2022 800 woningen. Ook voor 2023 ramen we wat voorzichtiger, namelijk 900 nieuwbouw minus 100 sloop is een toename van 800 woningen. We zijn bezig met de uitvoering van het Deltaplan. Veel grotere gebiedsontwikkelingen (met grote aantallen woningbouw) zijn in voorbereiding. De ambitie om gemiddeld 1.000 woningen per jaar toe te voegen blijft onverminderd staan. |
1.4 Mobiliteit
CO2 uitstoot van wegverkeer en mobiele werktuigen (exclusief snelwegen) | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
128 | 122 | 124 | 124 | ||||||
Bron: | Rijkswaterstaat | ||||||||
Toelichting: | Het cijfer is in kiloton CO2 per jaar. Mobiele werktuigen zijn o.a. vorkheftrucs, bulldozers, shovels en graafmachines. De cijfers over 2020 komen pas in het voorjaar van 2022 beschikbaar. | ||||||||
Rapportcijfer verkeersveiligheid in de eigen straat | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
6,4 | 6,4 | 6,4 | |||||||
Bron: | Stadspeiling, O&S | ||||||||
Toelichting: | Rapportcijfer verkeersveiligheid in de eigen straat. Het betreft een steekproef. Het cijfer is sinds 2017 gelijk gebleven. |
2.1 Sociaal Domein
% inwoners dat mantelzorg geeft | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
16 | 15 | 16 | 16 | 20 | 17 | ||||
Bron: | Stadspeiling | ||||||||
Toelichting: | We stimuleren de doorontwikkeling van de sociale basisinfrastructuur in wijken. Inwoners met beperkingen zullen meer en langer thuis worden ondersteund. De laatste jaren heeft Indebuurt033 zich met projecten rondom jonge mantelzorgers en mantelzorgers in de GGZ meer verdiept in de mantelzorger en zijn of haar context. Dit leert ons meer over hoe we ze moeten ondersteunen, maar ook dat we anders moeten kijken naar ons streefbeeld. Het gaat niet zozeer om meer mantelzorgers, maar vooral om betere ondersteuning. We gaan meer inzetten op betere steun- en informatienetwerken en meer vrijwillige hulp voor mantelzorgers, opdat ze geholpen worden en overeind kunnen blijven. Dit in de wetenschap dat met de vergrijzing het aandeel mantelzorgers per zorgontvanger in de komende 20 jaar zal dalen, zoals benoemd in het Gezondheidsakkoord. | ||||||||
% inwoners met een WMO maatwerkarrangement | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
5,8 | 5,9 | 6,1 | 5,8 | 6 | 5,9 | 6 | 6 | ||
Bron: | CBS | ||||||||
Toelichting: | Deze indicator betreft het aantal WMO cliënten met maatwerkarrangementen in het eerste halfjaar van het betreffende jaar per 100 inwoners. Deze indicator komt uit het Besluit Begroting en verantwoording (BBV). De BBV indicatoren staan gepubliceerd op www.waarstaatjegemeente.nl. Hier staat het per 10000 inwoners. Onder gemeenten met 100.000 - 300.000 inwoners was het 6,7%. We zagen in 2019 in Amersfoort een lichte daling van het aantal inwoners dat WMO voorzieningen gebruikt en in 2020 een lichte stijging. Dit laatste komt waarschijnlijk door de invoering van het abonnementstarief. In 2021 zien we een lichte daling. Het betreft halfjaar cijfers. Het meest recente cijfer is een voorlopig cijfer. Halfjaarlijks worden de cijfers geactualiseerd op de landelijk monitor www.waarstaatjegemeente.nl (onder Gemeentelijke monitor sociaal domein). Cijfers van voorgaande jaren waren ook voorlopig en zijn door na-ijlende verantwoording achteraf gaan dalen. Administratief zijn dossiers gecorrigeerd op basis van het werkelijke zorggebruik. Hierdoor kunnen definitieve cijfers van voorgaande jaren verschillen van eerder gerapporteerde (voorlopige) cijfers. | ||||||||
% jongeren met jeugdhulp | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
10,3 | 9,9 | 10 | 9,4 | 8,9 | 9,4 | 8,5 | 9,4 | 9,2 | |
Bron: | CBS | ||||||||
Toelichting: | Deze indicator is gebaseerd op de Amersfoortse jongeren tot en met 17 jaar die jeugdhulp ontvingen in het eerste halfjaar van het betreffende jaar. We streven naar minder zorg dan bij andere gemeenten met 100.000-300.000 inwoners. Het aandeel jeugdzorg per gemeente kan komende jaren ook wijzigen door aangekondigde veranderingen in het woonplaatsbeginsel op grond waarvan wordt bepaald aan welke gemeente de geleverde jeugdzorg wordt toebedeeld. Deze administratieve herverdeling leidt dan tot een minder zuivere trendlijn over het gebruik van jeugdzorg. Vanwege de coronacrisis en herijking van het gemeentefonds wordt de invoering van het nieuwe woonplaatsbeginsel in de Jeugdwet uitgesteld naar 1 januari 2022. De realisatiecijfers over het gebruik van zorg ijlen sterk na. Halfjaarlijks worden de cijfers geactualiseerd op de landelijke monitor www.waarstaatjegemeente.nl. | ||||||||
% zelfstandig wonende 70+'ers | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
93,5 | 94,2 | 94,2 | 94,4 | 94,5 | 94,5 | ||||
Bron: | CBS | ||||||||
Toelichting: | Het cijfer toont het percentage personen van 70 jaar en ouder dat in het betreffende jaar zelfstandig woont. Een persoon woont zelfstandig als hij of zij niet in een instelling (zoals een verpleeg- of verzorgingshuis) woont. In het programma Langer Thuis heeft het Rijk de ambitie opgenomen om ouderen te helpen in hun vertrouwde omgeving zelfstandig oud te worden met een goede kwaliteit van leven. Het aandeel zelfstandig wonenden is in Amersfoort iets lager dan in andere gemeenten met 100.000 tot 300.000 inwoners (in 2021 was het aandeel daar 94,9%). CBS heeft de indicator zelfstandig wonende 75+'ers vervangen door zelfstandig wonende 70+'ers. Omdat de indicator zelfstandig wonende 75+'ers niet meer wordt gemeten, hebben we de indicator vervangen door zelfstandig wonende 70+'ers. | ||||||||
Gerealiseerde garantiebanen in het kader van het Sociaal Akkoord | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
44 | 107 | 142 | 70 | 22 | 23 | 120 | |||
Bron: | Werk en Inkomen | ||||||||
Toelichting: | De banenafspraak in het kader van het Sociaal akkoord is een afspraak tussen werkgevers-, werknemersorganisaties en het Rijk om extra banen voor mensen met een arbeidsbeperking te realiseren. De landelijke afspraak is naar regionaal niveau vertaald. Binnen de regionale afspraak hanteren we voor Amersfoort een aandeel van 50% van de regio voor het vaststellen van de doelstelling. Onder andere de coronacrisis heeft in 2020 gezorgd voor een daling van het aantal garantiebanen en dit zette begin 2021 door. In 2021 zien we vanaf Q2 wel weer een toename van het aantal garantiebanen. Naast corona hebben de resultaten ook te maken met de beweging van mensen die vallen onder de doelgroep Banenafspraak. Regio Amersfoort beweegt hierin mee in de lijn van het gemiddelde landelijke beeld. Er zijn overigens meer banen ontstaan dan in de indicator vermeld staan; het totaal aantal banen is namelijk het resultaat van aantal gecreëerde banen minus het aantal verdwenen banen. Dat betekent dat er meer banen gecreëerd zijn dan het jaarlijkse realisatiecijfer weergeeft, omdat ook de verdwenen banen gecompenseerd moeten worden. De regionale inspanning onder werkgevers is daarmee dus groter dan het realisatiecijfer laat zien. Het streefcijfer voor 2023 is niet bekend. We hebben ons altijd laten leiden door de streefcijfers die landelijk worden gepubliceerd. Vermoedelijk worden de streefcijfers landelijk aangepast omdat het landelijk beeld is dat de streefcijfers niet haalbaar zijn o.a. als gevolg van de coronapandemie. Overigens ontwikkelen de realisatiecijfers van Amersfoort zich in de lijn van het landelijke beeld. | ||||||||
Inzet wijkteams | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
Bron: | Wijkteams | ||||||||
Toelichting: | Met de wijkteams is de toegang tot hulp en ondersteuning dichtbij huis georganiseerd. DEFINITIE INDICATOR: Deze nieuwe indicator sluit goed aan bij de werkwijze van de wijkteams, waardoor de indicator een betrouwbaar beeld geeft. De indicator wordt vanaf de jaarrekening van 2023 gevuld, met indien mogelijk ook cijfers over jaren voor 2022. | ||||||||
Personen met een bijstandsuitkering per 1000 inwoners | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
39 | 39 | 39 | 37 | 57 | 43 | 37 | |||
Bron: | CBS - Particpatiewet | ||||||||
Toelichting: | Het betreft het aantal personen per 1.000 inwoners van 18 jaar en ouder. De bijstandsdichtheid is in Amersfoort in vergelijking met grote gemeenten van 100.000- 300.000 laag. Bij de andere grote gemeenten is deze namelijk 49 personen per 1.000 inwoners. Realisatiecijfers 2020 en 2021: De CBS-cijfers zijn inclusief TOZO en dat verklaart de stijging. We kiezen ervoor om wel deze indicator te blijven gebruiken omdat het een BBV-indicator is en we met deze indicator kunnen vergelijken met 100.000+ en Nederland. Streefcijfer 2022: Aan de hand van de laatst bekende cijfers en kijkend naar huidige werkloosheidspercentage (vergelijkbaar met 2019) en komen we op een streefcijfer van 37 voor 2023. | ||||||||
Schaalscore sociale cohesie | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
6,3 | 6,3 | 6,3 | 6,5 | ||||||
Bron: | Stadspeiling | ||||||||
Toelichting: | Het kengetal sociale cohesie (ook wel sociale samenhang) is berekend op basis van de mening van inwoners over vier stellingen: de mensen in deze buurt kennen elkaar nauwelijks, de mensen gaan in deze buurt op een prettige manier met elkaar om, ik woon in een gezellige buurt waar veel saamhorigheid is, en ik voel mij thuis bij de mensen die in deze buurt wonen. De score varieert van 0 (=geen samenhang) tot 10 (=veel samenhang). Het betreft hier een cijfer gebaseerd op een steekproef. | ||||||||
werkloosheid (%) | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
5,1 | 4,4 | 3,5 | 3 | 3,5 | 3 | ||||
Bron: | CBS, Enquete Beroepsbevolking | ||||||||
Toelichting: | Het percentage mensen zonder betaald werk dat op zoek is naar werk en beschikbaar is voor de arbeidsmarkt per 1000 inwoners van 15 tot AOW-leeftijd. |
2.2 Veiligheid en handhaving
rapportcijfer voor de buurt | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
7,4 | 7,4 | 7,4 | |||||||
Bron: | monitor Leefbaarheid en Veiligheid (Stadspeiling) | ||||||||
Toelichting: | Deze indicator is toegevoegd in de Begroting 2021-2024 omdat hij beter aansluit op de doelen in programma Veiligheid. Het rapportcijfer voor de buurt geeft een indicatie van het ervaren leefklimaat (sociaal en fysieke leefomgeving). | ||||||||
Totaal van misdrijven per 1.000 inwoners | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
54,3 | 48,5 | 47,2 | 48 | 46,6 | 40 | 45 | 45 | ||
Bron: | Politie, BVH | ||||||||
Toelichting: | Het betreft hier de door de politie geregistreerde misdrijven (aangiften plus eigen registraties. Het aantal misdrijven laat een daling zien in de afgelopen jaren. In 2020 is het aantal misdrijven verder afgenomen, mede door corona. | ||||||||
Totaal woninginbraken per 1.000 inwoners | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
3,6 | 3,3 | 4 | 4,1 | 2,6 | 1,3 | 3,3 | |||
Bron: | Politie, BVH | ||||||||
Toelichting: | Het betreft hier de door de politie geregistreerde misdrijven (aangiften plus eigen registraties van woninginbraken, inclusief poging en diefstal zonder braak). Het aantal inbraken is in 2020 en 2021 fors gedaald, vooral doordat meer mensen vanwege corona thuis waren. Maar ook omdat er een verschuiving plaatsvond naar andere vormen van criminaliteit, zoals cybercrime. Hierdoor is ook het streefcijfer (niveau van 2017) ruimschoots gehaald. |
3.1 Economie
Aantal banen per 1000 inwoners van 15 t/m 64 jaar (woonwerkbalans) | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
801 | 807 | 838 | 857 | 868 | 887 | 850 | |||
Bron: | Lisa, bewerking O&S | ||||||||
Toelichting: | Amersfoort streeft naar een balans tussen wonen en werken. We meten het vanaf 2016 via de landelijk verplicht gestelde indicator "aantal banen (vanaf 1 uur per week) per 1000 inwoners van 15 t/m 64 jaar". Deze indicator laat ons zien of de economische ontwikkeling de bevolkingsontwikkeling voldoende bijhoudt. We streven naar een woon-werkbalans van 800 banen van 1 uur of meer per week per 1.000 inwoners van 15-64 . Zie ook Dashboard economie en arbeidsmarkt op www.amersfoortincijfers.nl. | ||||||||
Groei van de werkgelegenheid in % ten opzichte van voorgaande jaar | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
-0,4 | 1,4 | 4,4 | 3,2 | 2 | 2,3 | ||||
Bron: | Lisa | ||||||||
Toelichting: | We streven naar een groei die hoger is dan het landelijke gemiddelde (in 2021: 2,3% in Amersfoort tegen 1,3% landelijk). We geven geen streefcijfers omdat de trend te afhankelijk is van de conjunctuur. Zie ook: www.amersfoortincijfers.nl/dashboard. | ||||||||
Positie op de sociaal-economische index | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
4 | 3 | 3 | 3 | 4 | 1 | ||||
Bron: | Atlas voor gemeenten | ||||||||
Toelichting: | We willen sociaal-economisch een blijvende toppositie in Nederland behouden. De rangorde laat ons zien hoe vitaal Amersfoort is op aspecten als werkgelegenheid, werkloosheid en bijstand, in vergelijking met andere steden (50 grootste gemeenten). We streven ernaar om de positie in de top-5 te behouden. Amersfoort heeft in 2022 haar eerste positie op de sociaaleconomische index behouden. De stad dankt de hoge positie vooral aan de lage werkloosheid en het hoge aandeel vrouwen en hoger opgeleiden in de werkende beroepsbevolking. Daarnaast telt Amersfoort relatief weinig huishoudens met een laag inkomen of bijstand en een gering aandeel lager opgeleiden. Toelichting: De Atlas voor Gemeenten bevat een benchmark van de sociaal-economische positie van de 50 grootste gemeenten in Nederland. Zie ook www.amersfoortincijfers.nl. |
3.2 Onderwijs en jeugd
% voortijdig schoolverlaters | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
1,9 | 1,6 | 1,8 | 1,8 | 1,8 | 1,6 | 1,6 | 1,6 | 1,5 | |
Bron: | DUO | ||||||||
Toelichting: | Voortijdig schoolverlaten proberen we te voorkomen. Amersfoort heeft positief resultaat in vergelijking met andere grote gemeenten waar het gemiddelde 2.0% is. | ||||||||
Relatief verzuim | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
25 | 19 | 21 | 21 | 16 | 16 | 21 | 20 | 20 | |
Bron: | DUO | ||||||||
Toelichting: | Deze indicator betreft het aantal leerplichtigen dat wel staat ingeschreven op een school, maar ongeoorloofd afwezig is, per 1.000 inwoners 5-18 jaar. Er is sprake van relatief verzuim als een leerplichtige jongere wel op een school staat ingeschreven, maar zonder geldige reden les- of praktijktijd verzuimt. Scholen zijn wettelijk verplicht ongeoorloofd verzuim en schooluitval te melden aan DUO. |
3.3 Sport
% niet-wekelijkse sporters | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
42,9 | 39 | ||||||||
Bron: | GGD | ||||||||
Toelichting: | De nieuwe cijfers komen naar verwachting eind 2023 beschikbaar. Percentage van de bevolking van 19 jaar en ouder dat niet minstens één keer per week aan sport doet. Elke vier jaar wordt deze indicator gemeten in de gezondheidsmonitor van de GGD regio Utrecht. Door een fout in het systeem bij de dataverzameling kunnen er geen betrouwbare cijfers over 2020 gepresenteerd worden. Eind 2022 voert de GGD opnieuw een gezondheidsonderzoek uit. Het streefcijfer voor 2020 was 41. Het betreft hier een verplichte indicator vanuit het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV). Het % niet-wekelijkse sporters wijkt af van het % niet-wekelijkse sporters in de Amersfoortse Vrijetijdsmonitor 2018, omdat de vraag op een andere manier gesteld is. In 2022 wordt de Vrijetijdsmonitor opnieuw uitgevoerd. De raad zal hier begin 2023 over worden geïnformeerd. | ||||||||
% volwassenen en senioren dat voldoet aan de (nieuwe) beweegrichtlijn | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
55 | 59 | ||||||||
Bron: | GGD | ||||||||
Toelichting: | Het gaat hier om de in 2017 ontwikkelde nieuwe beweegrichtlijn. Deze geldt ter vervanging van de Nederlandse Norm Gezond Bewegen (NNGB). De beweegrichtlijn is strenger dan de NNGB: niet alleen voldoende beweging, maar ook bot- en spierversterkende activiteiten zijn vereist om aan de richtlijn te voldoen. Elke vier jaar wordt deze indicator gemeten in de gezondheidsmonitor van de GGD regio Utrecht. Door een fout in het systeem bij de dataverzameling kunnen er geen betrouwbare cijfers over 2020 gepresenteerd worden. Eind 2022 voert de GGD opnieuw een gezondheidsonderzoek uit. De nieuwe cijfers komen naar verwachting eind 2023 beschikbaar. Het streefcijfer voor 2020 was 57%. |
3.4 Cultuur
% inwoners dat tevreden is met het kunst- en cultuuraanbod (inclusief evenementen) | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
68 | 72 | ||||||||
Bron: | Stadspeiling (Vrijetijdsmonitor), O&S | ||||||||
Toelichting: | De indicator wordt in 2022 opnieuw gemeten. Percentage inwoners (18-84) dat tevreden is met het kunst- en cultuuraanbod, inclusief evenementen, in Amersfoort. Dit is het percentage 'tevreden' op het totaal van de antwoorden 'tevreden', 'niet (zo) tevreden' en 'ik ben daar onvoldoende van op de hoogte'. Het betreft hier een cijfer gebaseerd op een steekproef. Het cijfer van 2018 wijkt niet significant af van 2014. De tevredenheid is dus gelijk gebleven vergeleken met 2014. Zie voor meer informatie: www.amersfoortincijfers.nl. |
4.1 Bestuur en dienstverlening
% afnemers van digitale diensten dat positief is over het formulier | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
83 | 84 | 84 | 86 | 83 | 90 | ||||
Bron: | Klant in Focus | ||||||||
Toelichting: | |||||||||
% bellers met het KCC dat positief is over dienstverlening | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
94 | 95 | 95 | 95 | 93 | |||||
Bron: | Klant in Focus | ||||||||
Toelichting: | De klanttevredenheid aan de telefoon is in 2021 niet gemeten. In 2023 bekijken we of we dit toch weer willen gaan doen en hoe dat technisch in te regelen is. | ||||||||
% bezoekers van de balie Burgerzaken en receptie dat positief is over dienstverlening | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
92 | 92 | 93 | 93 | 92 | 90 | ||||
Bron: | Klant in Focus | ||||||||
Toelichting: | In de hal van het stadhuis is een zuil geplaatst waarop de dienstverlening kan worden beoordeeld. Bij het uitbreken van de coronacrisis is deze zuil uitgeschakeld, vanwege het risico op besmetting door het aanraken van de zuil. Sinds september 2021 is de zuil weer in gebruik. Het weergegeven cijfer geeft dus de beoordeling aan over de laatste 5 maanden van 2021. | ||||||||
% bezoekers van www.amersfoort.nl dat positief is | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
54 | 56 | 52 | 52 | 54 | 56 | 60 | |||
Bron: | Klant in Focus | ||||||||
Toelichting: | Uit de resultaten blijkt dat de website qua klanttevredenheid minder hoog scoort dan balie en telefoon. Klanten zijn geneigd persoonlijk contact hoger te waarderen dan contact via de website. Bovendien zien we dat veel mensen op de website vooral reageren als ze iets niet kunnen vinden: vandaar de lagere score. | ||||||||
% telefonische bereikbaarheid 14033 Klant Contact Centrum (KCC) | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
78 | 79 | 85 | 83 | 78 | 80 | 85 | |||
Bron: | KCC/KCS | ||||||||
Toelichting: | De coronacrisis heeft impact op zowel de medewerkers van het KCC (thuiswerken, verzuim) als op de bewoners (meer vragen). In 2020 daalde de bereikbaarheid van het KCC daardoor iets (naar 78%) om in 2021 weer wat te verbeteren (naar 80%). |
6.1 Bedrijfsvoering
Apparaatskosten per inwoner | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
425 | 494 | 523 | 588 | 609 | 667 | 684 | 661 | ||
Bron: | Gemeente Amersfoort | ||||||||
Toelichting: | Apparaatskosten per 31-12. Het betreft organisatiekosten, d.w.z. de noodzakelijke financiële middelen voor het inzetten van personeel (salarissen), organisatie-, huisvestings-,materieel-, automatiseringskosten e.d. voor de uitvoering van de organisatorische taken. Apparaatskosten zijn dus alle personele en materiële kosten die verbonden zijn aan het functioneren van de organisatie, exclusief griffie en bestuur. Deze indicator betreft een verplichte indicator op grond van de BBV. | ||||||||
Bezetting in fte per 1000 inwoners | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
5,2 | 5,6 | 5,7 | 5,8 | 6,3 | 6,2 | 6,2 | 6,2 | ||
Bron: | Gemeente Amersfoort | ||||||||
Toelichting: | Het werkelijk aantal fte dat werkzaam is, inclusief boventallige medewerkers per 31-12 van het betreffende jaar. De indicator is verplicht op grond van de BBV. | ||||||||
formatie in fte per 1000 inwoners | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
5,7 | 6,1 | 6 | 6,3 | 6,55 | 6,5 | 6,5 | 6,5 | ||
Bron: | |||||||||
Toelichting: | De toegestane formatie in fte van het ambtelijk apparaat per 31 december. Het betreft een verplichte indicator op grond van de BBV. | ||||||||
Kosten inhuur externen als % van de totale loonsom | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
29,9 | 28 | 28,5 | 22 | 21 | 18,4 | 18,7 | 19,3 | ||
Bron: | Gemeente Amersfoort | ||||||||
Toelichting: | Kosten op 31 december van het betreffende jaar. Hieronder vallen onder andere de inzet van uitzendkrachten, zzp'ers, of detacheringsovereenkomsten. De indicator is verplichte op grond van de BBV. | ||||||||
Overhead in % van de totale lasten | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
7 | 7,3 | 7,7 | 6,8 | 7,5 | 8,4 | 8,1 | 7,9 | ||
Bron: | Gemeente Amersfoort | ||||||||
Toelichting: | Alle kosten die samenhangen met de sturing en ondersteuning van de medewerkers in het primaire proces als percentage van de totale lasten. Cijfer geldt per 31-12 van het betreffende jaar. Deze indicator betreft een verplichte indicator op grond van de BBV. | ||||||||
Ziekteverzuim (%) | |||||||||
Realisatie cijfers | Streefcijfers | ||||||||
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
4,6 | 6,1 | 6,5 | 5,3 | 5,3 | 5,3 | 5 | 5 | ||
Bron: | Gemeente Amersfoort | ||||||||
Toelichting: | Cijfer geldt over het kalenderjaar. Betreft een verplichte indicator o.b.v. BBV. |