1.1 Stedelijk beheer en milieu

1.1 We benutten subsidiemogelijkheden vanuit de provincie, het Rijk en Europa. Wij stimuleren inwoners en bedrijven dit ook te doen. Bij de European Local Energy Assistance is een aanvraag ingediend voor het uitwerken van een projectplan voor een grootschalige investering in de warmtetransitie. In 2021 is een onderzoek uitgevoerd naar de mogelijkheden die het Eemmeer biedt voor het winnen van Thermische Energie uit Oppervlaktewater (TEO). Uit dit onderzoek blijkt dat grootschalige toepassing in Amersfoort en Bunschoten in principe technisch en financieel mogelijk is, mits voldoende subsidies gegenereerd. Hiervoor wordt een plan van aanpak opgesteld en een subsidieaanvraag bij de provincie Utrecht ingediend.
1.2 Op basis van de in 2021 vastgestelde Regionale Energie Strategie 1.0 werken we samen met de regiogemeenten verder aan de uitwerking van de kansrijke gebieden voor grootschalige opwek van elektriciteit uit wind en zon. Omdat het elektriciteitsnet vol aan het raken is, kijken wij naar manieren om het elektriciteitsnet te ontzien en om te gaan met de netcongestie. Onze ambities op het vlak van duurzame elektriciteit blijven staan.
Belangrijk hierin blijft ons streven om minimaal 50% lokaal eigenaarschap te realiseren, waardoor opbrengsten van grootschalige opwek ook weer in Amersfoort kunnen worden ingezet.
Uit de voortgangsrapportages van de RES Amersfoort en Tussenbalans van de provincie komt naar voren dat de realisatie van het bod van 0,5 TWh in 2030 onder druk staat. Deels vanwege netcongestie en deels vanwege het wegvallen van windprojecten in de regio. In 2023 wordt duidelijk welke rol de provincie precies gaat spelen op het winddossier. Ook wordt dit jaar de RES 2.0 opgeleverd.
1.3 We bouwen aan een bestendig bedrijvennetwerk dat duurzaamheidsonderwerpen onder de aandacht brengt. De gemeente heeft hierin een motiverende en activerende rol richting ondernemers. In de TVW worden De Hoef en Isselt genoemd als gebieden waar vóór 2030 gestart wordt richting een aardgasvrij bedrijventerrein. In 2023 werken wij aan een plan van aanpak aardgasvrije bedrijventerreinen.  
1.4 We maken samen met inwoners, Stedin, WBA en de woningcorporaties een wijkuitvoeringsplan voor de warmte transitie in Schothorst. We zetten in op een warmtenet en gebruiken de bronnenstrategie om te zien welke bronnen geschikt zijn. De betaalbaarheid voor inwoners is van groot belang.
1.5 We ondersteunen en faciliteren activiteiten van energiecoöperaties en bewonersinitiatieven, die zich inzetten voor de verduurzaming van buurten en wijken. Hiervoor stellen we capaciteit vanuit het team energietransitie beschikbaar. We bieden de mogelijkheid deel te nemen aan trainingen. Initiatieven kunnen een financiële bijdrage ontvangen voor activiteiten.

2.1 Op basis van de Transitievisie Warmte gaan wij aan de slag met verdere uitwerking van de warmtetransitie in de gebouwde omgeving. Voor een aantal wijken stellen wij wijkwarmteplannen op. Na Schothorst-Zuid gaan we verder met Nieuwland en Vathorst en bedrijventerreinen Isselt en De Hoef. Samen met bewoners, gebouweigenaren en technisch partners maken we plannen op buurtniveau met de buurtenergie-aanpak. In de wijk Schothorst-Zuid wordt samen met alle partners en het burgerinitiatief Warmtestem gewerkt aan het eerste wijkuitvoeringsplan dat we eind 2024 naar de Raad willen zenden.
2.2 We voeren een stadsbrede aanpak gericht op energie besparen uit. Deze aanpak is erop gericht om bewoners en ondernemers te stimuleren en ondersteunen bij het energie besparen, isoleren en aardgasvrij-ready maken van woningen en andere gebouwen. Hierin zal de haalbaar en betaalbaarheid voor alle bewoners een belangrijke rol spelen. Daarom gaat het niet alleen om informatievoorziening, maar ook om gezamenlijke inkoopacties.
2.3 Begin 2023 stellen we een duurzame warmte-bronnenboek vast voor Amersfoort. Dit biedt een overzicht van wat de mogelijkheden zijn en faciliteert het gesprek over te maken keuzes in de bronnenstrategie.
2.5 We bepalen welke (publieke) rol wij willen innemen  bij de aanleg van warmtenetten. We blijven daar de gemeenteraad bij betrekken in lijn met de motie, die daarover is aangenomen bij de vaststelling van de warmtevisie. Voor geothermie wordt gezocht naar een locatie om de proefboringen te gaan uitvoeren. Met de provincie werken we mee aan een regionale visie aquathermie. Met het Waterschap en het warmtebedrijf Amersfoort wordt onderzocht hoe de potentie van warmte uit het effluent van de RWZI ingezet kan worden.
Uiterlijk 2023 zal dan ook het uitvoeringskader collectieve warmte aan de Raad worden aangeboden ter vaststelling, met onze rol en governance bij warmtenetten en duurzame warmte bronnen.

3.1 Met de ROM Utrecht werken we samen aan een “gebouwgebonden verduurzamingdienst” als instrument voor een betaalbare verregaande verduurzaming van grondgebonden woningen. Er is een concessie aanbesteed en een serviceprovider geselecteerd. Deze zal hiermee op zoek gaan naar tenminste 10 woningeigenaren die hun woning met deze dienst willen laten verduurzamen.
De daadwerkelijke uitvoering van de pilot wacht op inzet van de ministeries van BZK en Financiën om onzekerheden m.b.t. de juridische haalbaarheid weg te nemen.
In verband met de gewenste opschalingsmogelijkheden wordt tegelijkertijd ingezet op het creëren van ruimte binnen de Consumer Credit Directive (CCD) van de EU voor dit instrument.
3.2 Met financiering van het Rijk worden bewoners met lagere inkomens (tot 120% bijstandsniveau) ondersteund met advies over en de verstrekking en installatie van energiebesparende maatregelen. Dit betreft kleinere maatregelen, zoals bv. radiatorfolie, een waterbesparende douchekop, het isoleren van leidingen of dichten van kieren. Ook het zogenaamde waterzijdig inregelen van de cv installatie wordt daarbij aangeboden.  
Daarnaast wordt met financiering van de provincie Utrecht aan het deel van deze doelgroep met een eigen grondgebonden woning aangeboden de spouwmuur (of wanneer dat niet mogelijk is de vloer) te isoleren.

4.1 Voor de drie windlocaties in Amersfoort (Isselt, Poort van Amersfoort (bedrijventerreinen De Hoef/Vinkenhoef) en langs de A28/Vlasakker) is afgelopen tijd op verschillende detailniveaus nader onderzoek gedaan. Voor wat betreft het zoekgebied voor windenergie op bedrijventerrein Isselt verwachten we dat deze in 2023 naar RES-trede 2, “richting besluitvorming over uitvoering” kan. Wij hebben daarbij aandacht voor de effecten op de gezondheid van inwoners.
Het Utrechtse deel van de A28, van knooppunt Hoevelaken t/m knooppunt Rijnsweerd is opgenomen in het Rijksprogramma OER (Opwek van Energie op Rijksvastgoed). In 2023 worden de resultaten van de voorverkenning verwacht. We werken mee aan dit haalbaarheidsonderzoek. Daarbij toetsen wij aan de wettelijke en lokale kaders. Ook leveren wij alle benodigde lokale informatie aan die nodig is voor het onderzoek.
4.2 We gaan een inventarisatie uitvoeren naar de potentie voor zon op dak, dubbel gebruik van ruimte en ruimte langs infrastructuur om de natuur en het landschap te ontzien.
4.3 We blijven innovatieve toepassingen voor energie- of warmte opwekking onderzoeken.  We toetsen de mogelijke inzet van (warmte)batterijen en experimenteren we met het aanbieden van balansdiensten voor het elektriciteitsnet (ACCESS project). Ook doen we onderzoek naar de samenhang en omzetting van elektriciteit en warmte in Amersfoort en de rol van bijvoorbeeld waterstof. De pilots richten zich vooral op toepassingen voor energieopslag en het voorkomen van netcongestie.
4.4 Amersfoort krijgt in toenemende mate te maken met een vol elektriciteitsnet. Tegelijkertijd blijft de ambitie om de daken zoveel mogelijk te benutten voor zonnepanelen staan. We onderzoeken technische oplossingen waarmee Amersfoortse bedrijven ondanks de netcongestie-problematiek in staat zijn om zon-PV op daken te installeren. Oplossingen hierin kunnen zijn: de eigen opwek eerst zoveel mogelijk zelf gebruiken, opslag in batterijen of waterstof en lokale uitwisseling van elektriciteit.
4.5 We hebben in kaart gebracht welke gemeentelijke gronden (reststroken) geschikt lijken om duurzame energie op te wekken. Streven is om op één of meer van deze gronden vanaf 2023 projecten te realiseren in samenwerking met bewonerscollectieven.

1.1 Duurzame ontwikkeling raakt alle beleidsprogramma's van de gemeentelijke begroting en komt daar tot uitvoering. In lijn van het deelakkoord duurzaamheid stimuleren we medewerkers en leiden we ze daar waar nodig op, zodat duurzaamheid nog beter geïntegreerd wordt binnen de verschillende (beleids)-terreinen. We continueren onze inzet op het vergroten van de kennis rond duurzame gebiedsontwikkeling.

We blijven inzetten op het informeren, stimuleren en ondersteunen van bewoners, ondernemers en stakeholders. We zoeken daarbij de samenwerking op. Dit doen we zowel online, via sociale media, als offline, door zichtbaar te zijn in de wijken.

3.1 We zetten het Toekomstfonds in voor projecten en initiatieven van ondernemers en bewonerscollectieven in de stad op het gebied van schone energie, warmte, energiebesparing, circulariteit en vergroening.

3.2 Samen met de Amersfoortse Duurzaamheidsambassadeurs zetten wij in op een versnelling van de transitie naar een groene, sociale en duurzame samenleving. Wij maken met de ambassadeurs nieuwe samenwerkingsafspraken.

4.1 We benutten de kansen en mogelijkheden die de crisis- en herstelwet biedt met het opstellen van gebiedsgerichte beleidsregels, duurzaamheid in combinatie met open normen en verruimde reikwijdte bij Crisis & herstel wet (Chw)-bestemmingsplan. Begin 2022 zijn in de pilot Energietransitie in het Omgevingsplan regels vastgesteld binnen de thema’s aardgasvrij, opwek zonne-energie, duurzame mobiliteit en houtstook om de energietransitie te ondersteunen dan wel te versnellen. Wanneer in 2023 de Omgevingswet vastgesteld wordt zullen deze regels opgenomen worden gekoppeld aan het Omgevingsplan.

4.2 We hebben in 2022 het Convenant Duurzame Woningbouw getekend. De afspraken in dit convenant willen we waar dat kan vastleggen in onze eigen regelgeving.

5.1 We bekijken jaarlijks de voortgang van de verduurzaming met het dashboard en de rapportage Duurzame Stad.

1.1. In 2022 werken wij aan een visie ‘Op weg naar minder huishoudelijk afval in 2030’. Wij verwachten deze visie in Q1 van 2023 aan te kunnen bieden aan college en raad. Daarin is het doel van 100 kg restafval per inwoner in 2025 opgenomen. Hiermee sluiten wij aan bij rijksbeleid.  We voorzien echter dat we dit doel niet zullen gaan halen.
1.2. In 2023 starten we met een 2 jarige pilot om grondstoffen op 10 basisscholen gescheiden in te zamelen.  
1.3. Soms worden (grof) afval en grondstoffen naast de containers geplaatst, zogenaamde bijplaatsingen. Dit wordt opgeruimd nadat een melding is gedaan en het Focusteam is aan de slag met het voorkomen van bijplaatsingen.     
1.4. In 2023 gaan we door met de uitrol van de inzameling van de grondstoffen PMD, GFT en OPK in de gestapelde bouw. Voor de gestapelde bouw in de binnenstad wordt in 2023 een apart voorstel aangeboden aan de raad, inclusief financiële paragraaf.
1.5. Via de Afval Verwijdering Utrecht (AVU) regelen we dat de huishoudelijke afvalstoffen en de grondstoffen op een verantwoorde manier worden verwerkt. Jaarlijks ontvangt de raad de AVU begroting en de AVU jaarrekening. De kwaliteit van de afvalstromen beïnvloedt de opbrengsten.
1.6. De gemeente voert jaarlijks een aantal zwerfafvalprojecten uit. Hiervoor ontvangen we subsidie van Nedvang. Ook preventie speelt hierbij een belangrijke rol. Dit is het laatste jaar van de huidige subsidie vorm voor zwerfafval vanuit het Afvalfonds. Vanaf 2023 komt er een nieuwe vergoeding beschikbaar voor de aanpak van zwerfafval vanuit de Single Use Plastics regeling. Die benutten we wederom voor zwerfafval projecten.
1.7. Het vernieuwen/aanpassen en/of verplaatsen van ROVA heeft hoge prioriteit. In 2023 wordt de nieuwbouw verder uitgewerkt. Voor de extra ambitie om op het terrein van de ROVA een sorteer- en demontagehal te realiseren zijn geen middelen beschikbaar, mogelijk komen we nog terug met een aanvullend raadsvoorstel.

2.1 We stimuleren en werken aan uitvoering van de maatregelen uit het plan Samen werken aan Schone lucht – Aanpak luchtkwaliteit (vastgesteld januari 2020). Hiernaast nemen we ook deel aan het landelijke Schone Lucht Akkoord, samen met het Rijk en o.a. Provincie Utrecht en de gemeente Utrecht. We onderzoeken of en hoe de nieuwe WHO richtlijnen voor schone lucht kunnen worden behaald.
2.2 We onderzoeken samen met onder andere het ministerie van I&W hoe we met de Routekaart Schoon en Emissieloos bouwen (SEB) tot afspraken met bouwbedrijven en/of projectontwikkelaars kunnen komen om de emissies in de bouwsector versneld aan te pakken door met schonere mobiele werktuigen te gaan werken en de bouwlogistiek te verduurzamen.
2.3 Zie het onderdeel Mobiliteit voor hoe we werken aan innovatie en schone vormen van persoons- en goederenvervoer.

3.1 We zetten de geluidsanering voort van de laatste hoog belaste woningen op de zgn. B-lijst. Dit betreft woningen met een geluidbelasting tussen de 60-65 dB en die gebouwd zijn voor 1986. We hebben subsidie ontvangen van het Rijk voor de sanering van ongeveer 400 woningen, waarvan bij een gedeelte maatregelen nodig zullen zijn.
3.2 We stellen een nieuw Geluidsplan ter beperking van Omgevingslawaai op (Actieplan geluid 2024-2028) op basis van de Geluidkartering die in 2022 wordt vastgesteld. Dit plan moet uiterlijk in juli 2024 klaar zijn. Op basis hiervan verbeteren we - daar waar mogelijk - de geluidsituatie en bevorderen we een gezonde leefomgeving.

3.3 We werken met rijksmiddelen aan de afspraken en ambities uit het “Convenant Bodem en Ondergrond 2016-2020” en vooruitlopend op de Omgevingswet om de bodem actief te beheren en deze te gebruiken als onderdeel van het natuurlijk systeem om bij te dragen aan een gezonde leefomgeving, de energietransitie en klimaatadaptatie. Door onder andere de aanpak van spoedlocaties nazorg en monitoring wordt hieraan invulling gegeven. In 2022-2023 continueren we de sanering van het  NS Vetgasterrein en is gestart met verwijdering van puur product

3.4 Met gebiedspartners zoals het Waterschap, werken we samen in de Blue Deal. Voor de grondwaterbeschermings-gebieden werken we met de Provincie en Vitens aan gebiedsdossiers. De Regionale Uitvoeringsdienst Utrecht ondersteunt de gemeente bij het uitvoeren van de bodemtaken.
 In 2022-2023 wordt met deze partners ook gewerkt aan de uitvoering van de Visie op Bodem en ondergrond ter voorbereiding op de Omgevingswet.

4.1 Via het Centrum voor Natuur en Milieu Educatie (CNME) in het Groene Huis faciliteren we scholen en kinderopvang bij het geven van natuur- en milieueducatie: van natuurbeleving tot en met het leren voor en over duurzaamheid. Het ontvangen van schoolklassen voor lessen en excursies speelt daarbij een belangrijke rol.
4.2 In het Groene Huis vinden onze inwoners informatie, inspirerende activiteiten en een ontmoetingsplek rond natuur en duurzaamheid. Dit doen we onder andere met wisselende exposities, lezingen en workshops, die deels door inwoners zijn georganiseerd.
4.3 Met vrijwilligers dragen we bij aan het (ecologisch) beheer van het landgoed ter ondersteuning van educatieve activiteiten en natuurgerichte recreatie in en om Het Groene Huis. We zetten het landgoed in als een voorbeeldlocatie van beheer dat op andere plekken in de stad ook wordt of kan worden uitgevoerd in de buitenruimte.

5.1 In 2023 is de Nota Dierenwelzijn inclusief uitvoeringsprogramma opgesteld in samenwerking met partners in de stad.
5.2 De gemeente voert reguliere taken uit zoals contractbeheer met onder andere het Dierenbeschermingscentrum Amersfoort (DBCA) als het gaat om (nood)hulp voor dieren.
5.3 Door een snelle invulling van een vacature voor dierenwelzijn kunnen we in 2023 vaart maken met het verzilveren van rechten van dieren binnen de grotere context van biodiversiteit.

6.1 In 2023 ronden we het plan van aanpak biodiversiteit / actieplan biodiversiteit af, waarin ook aandacht wordt gegeven aan de monitoring van kenmerkende planten en dieren.
6.2 Om de juiste zorg voor dieren en planten te bieden bij ruimtelijke ontwikkeling- en beheerprojecten wordt de Leidraad toepassing gedragscode Flora- en Faunawet voor bestendig beheer van groenvoorziening in de gemeente Amersfoort aangepast naar de kaders van de nieuwe gedragscode soortbescherming gemeenten (op basis van de Wet Natuurbescherming).

1.1 We zorgen voor structureel beheer van bovengrondse infra, wegen en pleinen, bruggen, tunnels en viaducten, verlichting, vaarwegen, watergangen en vijvers en van de ondergrondse infra: riolering, kabels en leidingen, (toekomstige) afvalcontainers. Daarbij gaan we uit van het  niveau ‘Amersfoortse Basis’, zoals vastgesteld in het 'Integraal Beheerplan Openbare Ruimte 2022-2031'.

1.2 We voeren een vervangingsprogramma openbare ruimte uit op basis van aanpak, strategie en financiële dekking vastgelegd in het 'Integraal Beheerplan Openbare Ruimte 2022-2031' en de uitwerking in het 'Meerjarenuitvoeringsprogramma openbare ruimte 2023-2026'.
1.3. Riolerings- en watertaken in 2023, onder andere de aanpak van overstorten, worden uitgevoerd op basis van het in 2021 vastgestelde Gemeentelijk Rioleringsplan 2021-2031.
1.4. De bestrijding de Japanse Duizendknoop (JDK) is aanbesteed. Doelstelling is om minimaal 70% van alle JDK groeiplaatsen binnen bebouwd gebied, met het beschikbare budget, te verwijderen voor eind 2025. De bestrijding van de Reuzenberenklauw is voor 4 jaar ondergebracht bij 1 aannemer. We bestrijden alle planten op een milieuvriendelijke manier. Via pilots met frezen en heet water blijven we zoeken naar een zo (kosten)effectief mogelijk aanpak.

2.1 We voeren wijkonderhoud uit voor bomen en groen, speelvoorzieningen en straatreiniging wat voldoet aan de gestelde normen van technische kwaliteit, netheid, beeldkwaliteit en inzet op ecologische doelstellingen, aangepast aan de functie van het gebied.
2.2 In 2022 zijn we gestart met een grootschalig participatietraject om de speelplek in Nieuwland ‘De Draak’ te vervangen. Alle bewoners van Nieuwland en gebruikers uit andere wijken worden hierbij betrokken. In 2023 is er een nieuw, gedragen ontwerp met een inclusieve samenspeel- en sportplek voor iedereen van 0-99 jaar. De uitvoering is eind 2023/begin 2024, maar afhankelijk van de tekorten aan grondstoffen en de coronamaatregelen.
2.3 We starten met het beheer van nieuwe natte natuur in Waterrijk (Vathorst).

3.1 We werken aan leefbare, duurzame en toekomstbestendige wijken en buurten. Met de middelen uit het coalitieakkoord geven we extra invullingaan maatschappelijke opgaven en ambities, zoals klimaatadaptatie, biodiversiteit, beperken van CO2 uitstoot en circulariteit. Ook werken we aan het toegankelijker maken van de stad voor iedereen, meer ruimte maken voor fietsers en voetgangers, en het faciliteren van ontmoeting, beweging, sport en spel.
3.2 We gaan verder met het uitvoeren van het programma Klimaatbestendige en Groene Stad met de middelen uit het Coalitieakkoord. Daarmee zetten we, samen met de stad, in op natuur en vergroening: meer groen en bomen, het beperken van hittestress en het maken van verbindingen tussen groene gebieden. In 2023 richten we ons extra op de bedrijventerreinen en particuliere tuinen. In Q1 2023 starten we het gesprek met stakeholders om te komen tot een gemeentelijk hitteplan. In 2022 is het aanplanten van bomen opnieuw aanbesteed om vanaf 2023 de opgave die er ligt vanuit het coalitieakkoord in de komende jaren op te kunnen pakken.
3.3 Bij vervangingen, herinrichtingen, inbreidingen en gebiedsontwikkeling houden we rekening met een inrichting die bestendig is voor het toekomstige klimaat (meer hitte, droogte en wateroverlast) De richtlijnen voor klimaatbestendige bouw en inrichting bieden hiervoor de basisuitgangspunten. Extra vergroening wordt een van de uitgangspunten bij herinrichtingen. Verder beperken we de CO2 uitstoot en grondstoffengebruik door het hergebruik van materialen en/of gebruik van materialen met een geringe CO2 voetafdruk.
3.4 We stimuleren en ondersteunen het vergroenen en daarmee klimaatbestendig maken van schoolpleinen. Steeds vaker beschikken scholen bij de start van het traject al over budgetten voor het vergroenen van het plein. We leggen extra nadruk op de stapsgewijze en doordachte aanpak van het plein, onder andere via de werkplaats groene schoolpleinen. Ook is er extra aandacht voor een eerlijke verdeling van de middelen over de scholen en bieden we hulp bij het beheer en onderhoud van de groene schoolpleinen.
3.5 We bieden handelingsperspectief aan bewoners en bedrijven om bij te dragen aan een klimaatbestendige en biodiverse inrichting van hun gebouwen, tuinen of eigen omgeving. De regenwatercoaches en het steenbreek netwerk leveren met het delen van hun kennis een belangrijke bijdrage. De website www.amersfoortrainproof.nl is hierin een belangrijk communicatiekanaal. Amersfoort Rainproof is in 2022 een samenwerking aangegaan met De Groene Belevenis Leusden. De komende periode onderzoeken we hoe we deze samenwerking kunnen uitbreiden. Projecten als sociaal tuinieren, struikroven en de logeertuin lopen goed en worden waar mogelijk uitgebreid.
3.6 Door stresstesten, risicodialogen en -analyses en de meetresultaten van ‘Meetjestad’, het nieuwe grondwatermeetnet en de SCORE-WATER bodemvochtsensoren,  hebben we inzicht in onze knelpunten en kwetsbaarheden als gevolg van klimaatverandering op wijkniveau. Dit inzicht nemen we mee in gebiedsplannen en projecten in de openbare ruimte. Het inzicht leidt ook tot het opstellen van wijkklimaatplannen en een gemeentelijk hitteplan in 2023.
3.7Met de inzet van een community manager investeren we in het versterken en uitbreiden van het netwerk 'klimaatbestendige stad' en zoeken we naar nieuwe samenwerkingspartners. ‘Meetjestad’ onderzoekt hoe 'citizen science' uitgebreid kan worden naar 'community science', waarin burgers, onderzoeksinstellingen, overheid en bedrijven samenwerken.
3.8 De subsidieregeling voor groene daken, die sinds 2020 actief is, zetten we voort vanwege het potentieel, de positieve resultaten en het enthousiasme. Naast de particuliere daken, gaan we actief aan de slag om daken van bedrijven en van maatschappelijk en eigen vastgoed te vergroenen. De effecten van groene daken op stedelijke hitte worden onderzocht. Sinds 2022 breiden we de doelgroep uit naar bedrijven en maatschappelijk vastgoed. In 2023 onderzoekt ‘Meetjestad’ de effecten van groene daken op stedelijke hitte.
3.9In de regio Vallei en Veluwe is in 2020 en 2021 gewerkt aan een Regionaal Adaptatieplan: een strategische visie en plan van aanpak voor een ruimtelijk adaptief en klimaatbestendige regio. Zowel regionale als lokale vraagstukken hebben hierin een plek. Vanaf 2022 zijn we aan de slag met de uitvoering van dit plan.
3.10  Met een groep van gebruikers werken we aan het ontwerp voor de renovatie van het skatepark in Vathorst. Met de beschikbaar gestelde extra middelen realiseren we een uitgebreidere renovatie die een groene metamorfose zal worden, waardoor het een duurzaam en groen skatepark wordt. In de tweede helft 2023 starten we met de uitvoering.

4.1 We stimuleren zelfbeheer met het motto 'ja graag'. We hanteren spelregels en bieden ondersteuning bij het opstarten van initiatieven van bewoners, met onze eigen adviseurs en gebiedsbeheerders, maar ook via een raamovereenkomst met groene organisaties en onze eigen wijkonderhoudsaannemers. Hiermee willen wij de betrokkenheid van inwoners bij de eigen leefomgeving vergroten.
4.2 In Amersfoort zijn veel vrijwilligers bezig met groen. We hebben een handboek gemaakt voor het werken met vrijwilligers (veiligheid, flora & fauna, begeleiding). We houden contact met hen en faciliteren hen waar nodig. Veel samenwerkingen met vrijwilligers richten zich op het stimuleren van natuurwaarden. Sinds 2022 zetten we in op het uitbreiden van de bijdrage van vrijwilligers door het opzetten van een nieuwe groep voor het beheer van bosgebieden en de bestrijding van de Japanse Duizendknoop in bosgebieden. Het gaat hierbij met name om het helpen met plantwerk, het weghalen van ongewenste soorten en vegetatiebeheer rondom poelen. Daarnaast gaan we samen met zo’n 40 personen het ecologisch en natuurvriendelijk beheer van het Park Elisabeth Groen verder uitwerken en uitvoeren.